Leden krijgen toegang tot extra informatie. Leden kunnen ook deelnemen aan het Forum Totaal hits:
Hieronder kunt u inloggen met een Gebruikersnaam en Wachtwoord of een account aanmaken. Aantal bezoekers
 
Bestrijding

Waar bij preventieve bestrijding voornamelijk naar gestreefd moet worden, is een zo min mogelijk en een zo selectief mogelijk gebruik van bestrijdingsmiddelen. De aandacht dient vooral gericht te zijn op het voorkomen van ziekten en plagen. Dit wordt bereikt door een goede cultuurverzorging, het sparen van nuttige insecten en zo de nuttige vogels.

De volgende aspecten dienen in het beheer te worden betrokken:
Het voorkomen van ziekten en plagen begint al bij het aanschaf van het plantmateriaal. Tevens moeten we rekening houden met bodemmoeheidsverschijnselen. Zorg daarnaast voor een goede ontwatering van de boomgaard en verbeter de bodemstructuur door jaarlijks een organische bemesting met stalmest uit te voeren.
Gebruik bij het snoeien altijd goed, maar vooral scherp gereedschap. Maak van af te zagen takken geen kapstokken. Zo’n kapstok rot vaak in en door een slechte begroeiing van de wond krijgen schimmels een kans de boom te infecteren. Snoei steenvruchten nooit midden in de winter, maar altijd direct na het plukken. Loodglanssporen krijgen zo minder kans. Verwijder dood en ziek hout zowel in de zomer als in de winter. Snij tot in het gezonde hout.
Door de meest gezonde bomen het eerst te snoeien kan besmetting door middel van het gereedschap met virussen en bacteriën worden voorkomen.

Door de kroon open te houden, door snoei, hebben wind en zon volop de ruimte om de boom gezond te houden. Het is namelijk belangrijk dat de boom na een regenbui snel weer op kan drogen zodat schimmels weinig kans krijgen om de boom en vrucht aan te tasten..

Afgevallen fruit vormt een belangrijke voedselbron voor trekkende vogels, maar het wordt ook snel aangetast door moniliarot. Aangetaste vruchten kunnen het beste worden vernietigd en voorkom besmetting via handen en gereedschap.
Door gevallen blad weg te harken bestrijdt men ook indirect vruchtboomlanker, schurft en moniliarot.

In de afgevallen bladeren ontwikkelen zich wintersporen het is dus van groot belang om de afgevallen bladeren te ruimen en dus ook niet op de composthoop deponeren.

Klimaatfactoren spelen een grote rol zoals: mist, warmte, droogte, neerslag en vorst hebben we niet in de hand. Toch zijn zij belangrijk bij de ontwikkeling van verschillende plaaginsecten of plantaardige parasieten.

Plagen
Plagen worden veroorzaakt door insecten, mijten, aaltjes en slakken.
Deze belagers hebben het op verschillende plantendelen gemunt. Sommige zijn gespecialiseerd in bloemen en knoppen of veroorzaken veel schade aan vruchten. Andere beschadigen het blad: insecten vreten eraan, mijten en luizen zuigen er sappen uit en mineerders vreten er gangen in. Larven van kevers doen zich te goed aanplantenweefsel onder de bast of in de stengels van planten. Sommige insecten en ook slakken leven dichtbij de grond en vreten vooral van de laagste plantendelen. Tot slot zijn er de ondergrondse insectenlarven en minuscule aaltjes, die de wortels aantasten.

Infectieziekten
Infectieziekten worden veroorzaakt door schimmels, bacteriën of virussen.
Ze zitten op of in de plant. Het meest in het oog springend zijn de ziekten die op het blad zitten. Van deze bovengrondse infecties zijn de aantastingen soms te bestrijden. Inwendige infecties door schimmels, bacteriën en virussen zorgen voor verwelking, slechte groei of afsterving. Verder zijn er nog de ziekten die lelijke plekken op de stam van bomen en struiken veroorzaken: de zogeheten kankers of bastinfecties. Infectieziekten zijn moeilijk te bestrijden. De meeste schimmels groeien beter wanneer de lucht vochtig is. Wanneer tegelijkertijd de plant verzwakt is door een slechte verzorging, kunnen ze veel schade teweegbrengen. Ziekten die de plant vanuit de bodem aantasten, veroorzaken meestal wortelrot. Ze zijn moeilijk te bestrijden, maar soms wel te voorkomen.

Biologisch middel Spuitzwavel
Spuitzwavel is een middel van natuurlijke oorsprong en wordt toegepast om op een natuurlijke wijze fruitbomen tegen meeldauw, hagelschotziekete (kers en pruim), krulziekte (perzik), tak- en bloesemsterfte en veel voorkomende schimmelinfecties (ook op appel en peer) te beschermen. Spuitzwavel kan ook toegepast worden tegen de perengal of perepokmijt die de perepokziekte veroorzaakt.
Spuitzwavel toepassen op nat blad werkt zeer effectief tegen schurft aantastingen.
Het verdient de aanbeveling om 's morgens vroeg of 's avonds laat te spuiten doordat spuitzwavel bij hoge temperaturen, 25 graden en hoger, een kans op zonnebrand geeft. Houd er echter rekening mee dat zwavel het beste werkt bij een buitentemperatuur van omstreeks 20 graden en dat het middel gedurende een aantal weken herhaald dient te worden
De dosering voor fruitbomen is 0.6%, 60gram Spuitzwavel op 10liter water.

Spuit niet te vaak met zwavelhoudende middelen, want daarmee doodt je de roofmijt.

Biologisch middel XenTari
XenTari is een natuurlijke bestrijder met een sterke werking tegen rupsen. Het is een biologische bacteriepreparaat op basis van sporen en kristallen van Bacillus Thuringiensis, ter bestrijding van bladetende rupsen van vlinders en motten op diverse gewassen.
De bacteriewerking van BT werkt optimaal bij dagtemperaturen van boven de 15°C. Door Xentari onderdoor te spuiten komt het middel onder het blad waardoor het beter beschermd is tegen zonlicht (afbraak UV en warmte) en de werkingsduur verlengt. Het breekt onder invloed van licht (UV) namelijk af. Daarom wordt het aanbevolen om in de avond spuiten.
Xentari is regenvast na aandrogen. Herhaling van de toepassing is vaak alleen nodig als het regent voordat de spuitvloeistof is opgedroogd.
XenTari lost niet op in water: er ontstaat een suspensie. Hou de spuitvloeistof dus in beweging en voorkom neerslaan van de suspensie.

Bespuiting tegen de kleine en de grote wintervlinder met het biologisch middel XenTari, zal waarschijnlijk tegen midden april plaats vinden, dit hangt van het aantal daggraden af, populair gezegd de eitjes van de wintervlinder hebben een aantal zonuren nodig om uit te komen. In Zeeland wordt de wintervlinder ongeveer een dag of 10 eerder gesignaleerd dan bij ons. Dit gegeven is belangrijk om even rekening mee te houden.

Voor het bereiken van een goede bestrijding is het noodzakelijk dat alle plantdelen voldoende met de spuitvloeistof worden bedekt. Het duurt in het algemeen enige dagen voordat de rupsen dood zijn, een vraatstop kan echter vrij spoedig intreden. Van de meeste soorten zijn de jongere rupsen aanmerkelijk gevoeliger dan de oudere. Bij alle toepassingen dient de 1e behandeling dan ook te worden uitgevoerd zodra de jonge rupsen worden waargenomen.

De dosering voor fruitbomen is 0.1%, 100gram XenTari op 100liter water.

VruchtBoomCarbolineum
In 2007 is het weer toegestaan om VruchtBoomCarbolineum (minerale olie) toe te passen om schadelijke insecten die in de zomermanden minder gemakkelijk te bestrijden zijn, uit te schakelen voordat zij schade kunnen toebrengen. VBC geeft een goede preventieve werking om plagen gedurende de zomermaanden, te beperken en is vrij verkrijgbaar in de tuincentra. VBC Ultra is samengesteld uit verschillende zepen, speciaal ontworpen om de diverse overwinteringstadia van tal van insecten te bestrijden.

VBC is werkzaam tegen (de eitjes en overwinter stadia) van:
- Appelen perenvlo
- bladvlo   
- bladrollers   
- bladschilden dopluizen
- fruitspintmijt   
- galmijt
- luizen
- rups van de kleine wintervlinder 
- wantsen

VBC dient toegepast te worden vanaf midden januari en niet vroeger. De reden is:
- De bladluizen kunnen nog vaak erg lang doorgaan met eieren leggen
- De eieren zijn in een later stadium gevoeliger voor VCB bespuiting.
Men kan de bespuiting nog uitvoeren tot het einde van de schuivende knoppen periode. Dus voor het muizenoorstadium.
Bij Perzik en Nectarine dient de bespuiting voor de 1e week van februari zijn uitgevoerd om schade aan de boom te voorkomen.
Roofmijten ondervinden geen nadeel van VCB bespuiting.
Voordeel van winterbespuiting tov. bespuiting in de zomer is dat bijen in de winter er geen schadelijke gevolgen van  ondervinden.
Wel wordt beweerd dat op zonnige dagen tijdens de bloei de op de bomen gespoten carbolineum nog de typische carbollucht afgeeft en daartoe de bijen afschrikt

De winterbespuiting met VCB moet zorgvuldig worden uitgevoerd. Onderstaande regels dienen in acht genomen te worden:
- Het beste resultaat verkrijgt men bij helder zonnig weer.
- Het mag niet vriezen
- Toepassen met ruim vloeistof zodat de gehele boom nat is (afdruipstadium) en met een krachtige straal
- Het gewas moet voor de avond droog zijn.
- Bespuiting toe passen voor het muizenoor stadium is ingetreden.
Gebruiken dus voor dat de knoppen uitlopen, om de ontluikende blaadjes niet te beschadigen.
In Nederland zijn er gedurende de wintermaanden weinig goede spuitdagen. In de periode waar de bespuiting plaats kan vinden dient men iedere spuitdag te benutten.

De juiste dosering dient zorgvuldig in acht te worden genomen om een goed resultaat te verkrijgen en schade aan de bomen te beperken.
Appel: Dosering 7,5% (9,25L water + 0,75L VCB = 10L)
Framboos en braam:  Dosering 7,5% (9,4L water + 0,6L VCB = 10L)
Perzik Nectarine: Dosering 5% (9,5L water + 0,5L VCB = 10L)
Overige Pit- steenvruchten: Dosering 6% (9,4L water + 0,6L VCB = 10L)

Zelf passen wij dit middel niet toe.

 
Adverteren

Bezoekers

We hebben 98 gasten online